Hoe nauwkeurig zijn Fitbit-apparaten?

Als je een Fitbit-apparaat om je pols draagt en je je lichaam beweegt terwijl je je armen stil houdt (of vice versa) kun je een iets andere stappentelling te zien krijgen dan wanneer je apparaat is vastgeklemd aan je kleding.

Als je je apparaat draagt in een loszittende accessoire zoals een armband of hanger, zie je mogelijk een ander stappenaantal dan wanneer je een klassieke band draagt. We raden aan om de klassieke band te dragen tijdens work-outs en wanneer je slaapt. Zorg ervoor dat de polsband stevig, maar niet te strak zit.

Ga voor meer informatie naar Hoe draag ik mijn Fitbit-apparaat? en Hoe houd ik mijn hartslag bij met mijn Fitbit-apparaat?

Fitbit-apparaten hebben een nauwkeurig afgestemd algoritme voor het tellen van stappen. Het algoritme is ontworpen om te zoeken naar intensiteits- en bewegingspatronen die het meest indicatief zijn voor mensen die lopen en rennen. Wanneer je aan een bureau werkt, kookt of andere armbewegingen uitvoert, kan een apparaat om je pols extra stappen tellen als het denkt dat je loopt. Wanneer je activiteiten uitvoert waarbij je je armen beweegt, zoals werken of koken, loop je tussendoor ook vaak een paar stappen en je apparaat probeert deze stappen mee te nemen. Voor de meeste klanten zijn die paar extra stappen vanwege armbewegingen niet aanzienlijk in vergelijking met hun algemene statistieken. Ga voor meer informatie naar Hoe berekent mijn Fitbit-apparaat mijn dagelijkse activiteit?

Wanneer je over een hobbelig pad fietst, kunnen er extra stappen worden toegevoegd. Voor de meeste klanten zijn die paar extra stappen vanwege het fietsen niet aanzienlijk in vergelijking met hun algemene statistieken. Als je apparaat een trainingsapp heeft, dien je ervoor te zorgen dat je de fietsoefening kiest voordat je aan je work-out begint. Als je automatisch bijhouden gebruikt om je fietstocht te detecteren, dien je ervoor te zorgen dat de oefening Outdoor Bike is ingesteld op automatische herkenning. Ga voor meer informatie naar Hoe houd ik mijn activiteiten bij met mijn Fitbit-apparaat?

Fitbit-apparaten detecteren verdiepingen met een hoogtemeter, een sensor die de hoogte berekent op basis van de atmosferische druk.Je apparaat is ontworpen om drukverschillen te herkennen op basis van hoogteverschillen, maar drukverschillen als gevolg van andere oorzaken (zoals een windvlaag, een verandering van het weer of het openen van een deur) kunnen ertoe leiden dat je apparaat af en toe extra verdiepingen registreert. Je apparaat registreert één verdieping wanneer je ongeveer tien voet (drie meter) omhoog bent gegaan, wat het gemiddelde is tussen woonhoogten en commerciële verdiepingshoogtes. Als je lange trappen beklimt, kan het zijn dat het aantal verdiepingen van het apparaat niet overeenkomt met het aantal verdiepingen dat je hebt bereikt, omdat de trap langer was dan tien voet (drie meter).

Als je bijvoorbeeld een wandelwagen of winkelwagentje duwt, telt je polsgebaseerde apparaat je stappen, maar het totaal kan iets lager zijn dan normaal.

Als je buiten wandelt of hardloopt, gebruik dan gps om je route, tempo en afstand vast te leggen. Ga voor meer informatie naar Hoe gebruik ik gps op mijn Fitbit-apparaat?

Je apparaat is getest op autorijden, reizen met bussen, treinen en ander openbaar vervoer en zou geen extra stappen moeten tellen als je onder normale omstandigheden reist. Op hobbelige wegen of in een auto met een stugge versnellingsbak, kan je apparaat extra stappen toevoegen. Voor de meeste klanten zijn die paar extra stappen vanwege het autorijden niet aanzienlijk in vergelijking met hun algemene statistieken. Als je de stappen uit je dagelijkse totaal wilt verwijderen, dien je de rijactiviteit handmatig bij te houden voor de tijd die je in een voertuig zat. Ga voor meer informatie naar Hoe kan ik mijn Fitbit-gegevens en -activiteiten toevoegen, wijzigen of verwijderen?

Voor polsgebaseerde apparaten is het belangrijk om tijdens het instellen aan te geven of je het apparaat aan je dominante of niet-dominante pols draagt:

• Het dragen aan de dominante pols vermindert de gevoeligheid van de stappentelling en zou het teveel tellen van stappen moeten verminderen wanneer je lichaam niet beweegt. Je dominante hand is de hand die je gebruikt om te schrijven en eten.
• Het dragen aan de niet-dominante pols verhoogt de gevoeligheid van de stappentelling en zou het missen van stappen in de telling moeten verminderen.

De polsinstellingen zijn in eerste instantie ingesteld voor de niet-voorkeurshand. Wijzig de instellingen voor je pols in de Fitbit-app.

Als je van mening bent dat je stappentelling en afstand niet juist zijn, bevestig je eerst of het volgende juist is ingesteld in de Fitbit-app:

• Je polsinstellingen (Ga voor meer informatie naar Maakt het uit aan welke pols ik mijn apparaat draag wat betreft de nauwkeurigheid?)
• Je lengte (Ga voor meer informatie naar Hoe beheer ik mijn Fitbit-profiel?)

Omdat we je lengte gebruiken om je paslengte bij hardlopen in te schatten, wil je deze waarden wellicht handmatig meten en aanpassen als je benen langer of korter zijn dan gemiddeld. Ga voor meer informatie naar Hoe berekent mijn Fitbit-apparaat mijn dagelijkse activiteit?

Soms worden je stappen niet meteen op je apparaat bijgewerkt als je begint met wandelen. Na ongeveer 10-15 achtereenvolgende stappen zul je merken dat je stappen worden bijgehouden en dat iedere stap die je neemt vanaf nu in realtime wordt bijgehouden.

Zorg ervoor dat je je Fitbit-apparaat op de juiste manier draagt als je een clip gebruikt. Bevestig of je tracker is ingesteld op GEDRAGEN om pols (Inspire 3) of Om pols (Inspire en Inspire 2) wanneer je je tracker om je pols draagt en VASTGEKLEMD aan lichaam (Inspire 3) of In clip (Inspire en Inspire 2) wanneer je je tracker in het clipaccessoire draagt. Ga voor meer informatie naar Hoe draag ik mijn Fitbit-apparaat?

Ga voor meer informatie naar Hoe houd ik mijn hartslag bij met mijn Fitbit-apparaat?

Alle apparaten met gps-sensoren vereisen een direct pad naar gps-satellieten om de locatie te berekenen. Een zwak gps-signaal kan de nauwkeurigheid van je route en andere activiteitsgegevens beïnvloeden. Je apparaat gebruikt je aantal stappen om de afstand te berekenen totdat het een signaal vindt, dus de totaal berekende afstand van je work-out is mogelijk enigszins minder nauwkeurig wanneer gps niet gedurende de gehele looptijd beschikbaar is.

Ga voor meer informatie naar GPS.gov.

Om de nauwkeurigheid van de metingen van je weegschaal te verbeteren:

• Gebruik de weegschaal op blote voeten.
• Zorg ervoor dat je voeten droog zijn voordat je jezelf weegt.
• Plaats de weegschaal op een harde, vlakke ondergrond tijdens gebruik.
• Verdeel je gewicht gelijkmatig over beide voeten wanneer je op de weegschaal staat.
• Weeg jezelf elke dag op hetzelfde tijdstip om consistente trends te zien. Je gewicht varieert natuurlijk in de loop van de dag.
• Fitbit-weegschalen moeten opnieuw worden gekalibreerd als je deze tussen metingen verplaatst of als je deze op zijn kant opbergt wanneer de weegschaal niet in gebruik is. Er kunnen maximaal 2 wegingen nodig zijn voordat je weegschaal nauwkeurige metingen weergeeft.
• Voor Fitbit Aria en Fitbit Aria 2, als je de vetvrij-modus in- of uitschakelt, kan je percentage lichaamsvet worden beïnvloed. Ga voor meer informatie naar Hoe gebruik ik mijn Fitbit-weegschaal?
• Voor de nauwkeurigste gegevens moeten je lengte en geslacht correct zijn in je Fitbit-profiel. Ga voor het bijwerken van je profiel naar Hoe verander ik de meeteenheden in mijn Fitbit-account?

De Fitbit Aria en Fitbit Aria 2 schatten je percentage lichaamsvet met behulp van de impedantiemeting. Omdat er verschillende methodes zijn voor het meten van het percentage lichaamsvet en er geen één 100% nauwkeurig is, is het mogelijk dat het percentage lichaamsvet van de weegschaal niet precies overeenkomt met andere weegschalen of handmatige methoden zoals de schuifmaat.